Tussen Sinterklaas en Kerstmis is er nog een feestdag. Dit is de dag van de vrijwilliger, op 7 december. Dat is dan alleen in Nederland want de rest van de wereld viert dit op 5 december, dat komt hier niet zo goed uit. Het is een bijzondere feestdag. Ten eerste omdat het hier niet om cadeaus, kinderen of gezelligheid draait. Ten tweede omdat het hier gaat om de mensen die anders altijd druk zijn met het organiseren van gezelligheid, regelen van cadeaus of zich inzetten voor kinderen. En ten derde omdat die mensen, de vrijwilligers, het zelf helemaal niet weten dat het hun feestdag is. Des te leuker om ze dan juist op die dag te verrassen. In West Betuwe zijn 35 vrijwilligers voorgedragen door collega vrijwilligers om benoemd te worden tot Supervrijwilliger. Dinsdag 7 december kwamen ze allemaal samen, sommige verrast, anderen trots en een enkeling had er al rekening mee gehouden. Ze gaan allemaal met een bos bloemen en een chocolade hart met een grote S in het midden naar huis. Die bos en het chocolade halen de kerst waarschijnlijk niet, de waardering blijft gelukkig altijd.
Waardenloos
Woensdag was ik een dagje vrij. Heerlijke dag om even te wandelen of een beetje te klussen. Maar na het zien van een artikel op de NOS-site over het Integraal Zorgakkoord besloot ik om dit akkoord zelf eens te lezen. Bij het hoofdstuk ‘Passende zorg: waardegedreven zorg – samen met de patiënt, pakket en zorg’ raakte ik in verwarring. In mijn naïviteit dacht ik dat het zou gaan om zorg op basis van waarden. Waarden als richtinggevende principes voor de zin van het leven. Waarden in de vorm van idealen en overtuigingen die we met elkaar nastreven. Waarden zijn per slot van zaken de redenen dat mensen zich iedere dag inzetten voor de zorg en het welzijn van anderen. Helaas bleek het te gaan om zorg gedreven door (financiële) waarde, oftewel zorg met doelmatige inzet van mensen, middelen en materialen. Wat een waardenloos akkoord.
Gedesillusioneerd liep ik naar de Gamma; het effect van mijn wandeling op de houdbaarheid van de zorg was waarschijnlijk groter dan het akkoord.
Roken
Toen ik 18 jaar was, reisde ik een maand lang samen met een vriend met de trein door Europa. Het jaar daarvoor was mijn vader overleden en ik moest er gewoon op uit. In een tijd zonder internet, appen en face-timen kwam ik na een maand terug. Ik kan me nog herinneren dat ik de tuin in liep en mijn moeder op de bank zag zitten met een sigaret in haar hand. Ze was toen al 14 jaar gestopt met roken, maar de stress van een kind dat door Europa trekt, was haar te veel geworden. Ik zal dat beeld nooit vergeten en besef – nu ik zelf vader ben – hoe het voelt als je je zorgen maakt om je kind. Ik moest aan mijn rokende moeder denken toen ik afgelopen week in de krant een berichtje las over het aantal van 2000 alleenstaande minderjarige asielzoekers (AMA’s) dat in Europa ‘kwijt’ is. Bij de stress die ouders van die kinderen ervaren helpen sigaretten niet meer.
Balanslijst
In Apple Music heb ik een balanslijst. De balanslijst is een afspeellijst met een variëteit aan goede muziek. Of in elk geval muziek die ik goed vind met o.a. Kim Gordon, Zeal&Ardor en natuurlijk Igorrr. Deze balanslijst heeft als functie om het algoritme van Appel Music weer op het goede spoor te zetten. Dat is nodig als bijvoorbeeld m’n dochter in de auto de muziek heeft bepaald, ik op mijn werk even wat ‘guilty pleasures’ heb laten horen, of erger nog als iemand anders iets heeft gedeeld dat niet te pruimen is. Zo’n balanslijstje zet Apple weer op het goede spoor. Niet alleen Apple overigens. Als ik zelf een ‘soft reset’ nodig heb dan werkt het ook goed. Hier is een link voor iedereen die wel even een reset nodig heeft. Gebruik op eigen risico, het kan dat het algoritme van je muziekaanbieder even van slag is.
Stamgast
De stamgast komt niet meer. Iedere middag zat hij daar, op de hoek van de leestafel in De Pluk. Je moest het niet wagen om daar te gaan zitten; dan volgde een boze blik. Altijd twee koekjes bij de latte macchiato, en als er cheesecake was, dan natuurlijk een stukje cheesecake erbij. Als je vroeg of het lekker was, moest hij lachen. Hij had zijn smaak lang geleden verloren en proefde dus niets meer. Maar toch bleef hij stug taart bestellen.
De stamgast was altijd in voor een praatje, over Utrecht, voetbal, politiek, de scootmobiel of een medewerker van welzijn, die iets voor hem moest doen. Eigenlijk maakte het niet zoveel uit waarover, hij was toch nauwelijks te verstaan en vond alles interessant.
Het was prachtig om te zien hoe hij nieuwe medewerkers van ‘zijn café’ instructies gaf over de twee koekjes, hoe hij zijn koffie wilde en waar zijn stoel moest staan. De dwingende ogen deden het werk. Als er iemand de baas was in De Pluk, dan was hij het wel, in ieder geval op zijn hoek van de tafel. Tot vorige week, de stamgast is niet meer.
Signalering buiten gebruik
‘Signalering buiten gebruik’ staat er op een groot geel bord als ik van Utrecht naar het zuiden rij. Vijftig meter verder hangen de signaleringsborden, die het inderdaad niet doen. Weer vijftig meter verder staat het bord met ‘Signalering in gebruik’. In een oogopslag zie je de borden staan. De kleur geel voor deze borden is ongetwijfeld gekozen omdat dit mensen herinnert aan de gele memobriefjes met waarschuwingsteksten op kantoor. ‘Tosti-ijzer uit na gebruik’, ‘Koffiefilter legen’, ‘indien toiletrol op, nieuwe hangen’ of de overal bekende ‘vaat in de vaatwasser’ zijn een begrip. Ze zijn in vele vormen te vinden, soms geplastificeerd zodat ze duurzamer zijn, A4tjes met vet geprinte letters, posters langs de weg of graffiti op de stoep. Als je dit vaak tegenkomt weet je dat je in een omgeving bent waar de onderlinge communicatie niet meer is zoals deze zou moeten.
Misschien is het tijd dat er een start-up komt die voorgedrukte gele briefjes en borden met de tekst “Denk zelf na” produceert en te koop aanbiedt. Dat is voor iedereen makkelijker en dan hoeven we helemaal niet meer te communiceren met elkaar. Ze zijn dan vanzelfsprekend verkrijgbaar in de varianten met een uitroepteken, een pijl omhoog of omlaag en natuurlijk voor de positivo’s met duimpje erbij.
Bruistablet
Mensen en organisaties kun je indelen in bruistabletjes en zuigtabletjes. Een bruistablet laat zich direct gelden, wil het glas uitspringen en doet er alles aan, om het voor iedereen zo gemakkelijk mogelijk te maken. Het moet bijna afgeremd worden. Een zuigtablet daarentegen vraagt juist veel geduld en zelfs inspanning om zijn werk te kunnen doen. Beide komen uiteindelijk met een oplossing voor het probleem. Of niet natuurlijk, dan is het niet het juiste middel. Daarnaast heb je nog drankjes, poedertjes, pillen en de tablet die op Android draait. Maar daar hebben we het nu niet over, hoewel die laatste natuurlijk af en toe ook zuigt.
Niets is zo fijn als het versimpelen van de complexe samenleving; het liefst in een tot de verbeelding sprekende tweedeling. Probeer het vooral zelf eens, het helpt mij altijd. En denk dan direct even na of je zelf een bruis- of zuigtabletje bent.
Kerststress
Bij kerststress denken de meeste mensen snel aan het gedoe rond de kerstdagen. Wanneer komt je schoonmoeder? Mag de nieuwe vriendin van je vader ook komen? Wie maakt het toetje? De echte stress rondom de kerst ligt voor werkgevers echter bij het organiseren van het kerstpakket. Als het kerstpakket niet goed valt, dan heb je daar de rest van je carrière last van. Al meer dan 10 jaar regel ik dat kerstpakket helemaal zelf. De directe aanleiding was ooit een slip met een koe erop, die ik in mijn kerstpakket aantrof. Ik zal daar nu niet verder over uitweiden.
Het is een flinke onderneming die vaak rond de zomer al start. Op vakantie wordt er al inspiratie opgedaan. Het hele gezin denkt mee en vindt er iets van. Als de basis eenmaal bedacht en besteld is dan wordt het vervolmaakt met allerlei kleine frutsels. Op dat moment worden ook de eerste hints gedropt om de spanning bij medewerkers op te drijven.
Ondanks de stress is het heel leuk om te doen en het wordt gelukkig altijd erg gewaardeerd. En dan misschien niet eens het pakket zelf, maar dan toch wel de tijd en energie die er in is gestoken.
Het mooiste is dat het gaat naar mensen die het verdienen. Ook voor betaalde krachten is het een blijk van waardering. Waardering voor het teamgevoel, de inzet, flexibiliteit en bovenal durf om aan te pakken. Dan maakt een beetje extra kerststress niet uit.
Op-en-Neerijnenbus
“Marco, dit kan zo echt niet meer.” Aart is aan de lijn. Aart is een van de vele supervrijwilligers van Welzijn West Betuwe die dag en nacht beschikbaar zijn. Letterlijk in dit geval. Aart belt wel vaker en stelt dan standaard de vraag (meestal aan het eind van de ochtend) of ik al wakker ben. Waarna ik dan zeg “ja, nu wel Aart”. In dit geval is er echt iets aan de hand.
Aart is coördinator van de Op-en-Neerijnenbus. Deze bus staat bij Aart voor de deur en heeft sinds een paar weken op verzoek van de verzekeraar een nieuw alarmsysteem. Sinds kort gaat dit alarm een paar keer per nacht af. De eerste nacht was dat nog wel grappig, de tweede keer al aanzienlijk minder en de derde nacht was het echt niet meer leuk. Bovenal waren de buren er niet blij mee. Op het moment dat Aart mij belt kan het inderdaad echt niet meer. Mijn relativerende opmerking “Ach Aart, dan spreek je je buren nog eens” helpt ook niet. De suggestie van de garage dat de oorzaak misschien een veldmuisje is, helpt zo mogelijk nog minder. Het alarm is inmiddels aangepast. Aart kan weer slapen.
Hoerenchance
Hoerenchance is een Belgisch woord. Het heeft niets met prostituees te maken en al helemaal niets met sjans, zoals ik eerst dacht. Hoerenchance betekent buitengewoon veel geluk hebben. Een collega van ons bij Welzijn West Betuwe ligt nog steeds dubbel van het lachen als hij dat woord hoort. Hij spreekt zelf van origine Arabisch, komt uit Syrië en heeft de afgelopen jaren heel veel energie gestoken in het leren van de Nederlandse taal. En dat is hem wonderbaarlijk goed gelukt. En nog steeds blijft hij zich verbazen over de Nederlandse taal en zeker als er af en toe een Belg zich laat horen.
Op 1 januari gaat de nieuwe wet inburgering in werking. Een wet die mensen zoals hij moet helpen Nederlands te leren en een kans moet geven zichzelf te redden in Nederland. Momenteel is iedereen nog druk met discussiëren over het budget, aanbestedingen, doelstellingen en indicatoren. Het gaat over alles behalve de mens waarvoor de wet bedoeld is. Ik maak me zorgen of deze wet wel iets positiefs gaat bijdragen aan de positie van statushouders. Misschien wel het tegendeel. Amaai!